Apotheek Terheijden

Hoofdstraat 55 4844 CB Terheijden Tel:076-5934300

Medische Encyclopedie

Inhoud

itraconazol

Itraconazol is een antischimmelmiddel. Het werkt tegen schimmels en gisten (zoals de Candida-gist).

Artsen schrijven het voor bij schimmel- en gistinfecties bijvoorbeeld van de longen, de huid (ringworm, voetschimmel, pityriasis versicolor), nagels (schimmelnagels), van de vagina en van de mond en slokdarm (spruw).

Wat doet itraconazol en waarbij gebruik ik het?

Schimmel- en gistinfecties

Door een verstoord evenwicht tussen bacteriën, schimmels en gisten kunnen bepaalde schimmel- en gistsoorten beter groeien ten koste van andere. Schimmels en gisten kunnen hierdoor infecties veroorzaken in weefsels en organen. Vooral gevoelig hiervoor zijn mensen met een verminderde weerstand, zoals hiv- of aids-patiënten, verzwakte ouderen, mensen met kanker of transplantatiepatiënten.

Behandeling
Uw arts kan itraconazol voorschrijven bij ernstige infecties met schimmels of gisten van huid, slijmvliezen, longen, andere organen of in het bloed.

Itraconazol wordt ook gebruikt om dergelijke infecties te voorkomen. Bijvoorbeeld bij mensen die door een verminderde weerstand een grote kans hebben op infecties.

Effect
Itraconazol werkt tegen schimmels en gisten waardoor de infectie verdwijnt.
Na enkele dagen tot weken merkt u dat de verschijnselen minder worden. De genezing kan echter langer duren. Het is daarom belangrijk dat u de kuur volledig afmaakt.

Lees meer over schimmel- en gistinfecties . “

Schimmelinfecties van de huid

Itraconazol wordt gebruikt bij schimmel- of gistinfecties van de huid, nagels, zoals voetschimmel, schimmelnagels, ringworm, pityriasis versicolor en vele andere infecties door schimmels en gisten.

Verschijnselen
U merkt een schimmelinfectie van de huid aan jeuk, schilfering of een rode verkleuring van de huid. Het zit vooral op plekjes die vochtig kunnen zijn, zoals tussen de tenen (‘zwemmerseczeem’), in de oksels, liezen of onder de borsten (‘smetten’).
Soms groeit de schimmel in een kring, waarbinnen de huid alweer geneest. Deze vorm heet ringworm.

Oorzaak
De oorzaak is een infectie met schimmels en gisten, zoals de Candida-gist. Gisten zijn altijd aanwezig op de huid. Als de omstandigheden voor hen gunstig zijn, gaan ze groeien. Deze omstandigheden zijn bijvoorbeeld vocht en warmte. Soms is de huid beschadigd waardoor een schimmelinfectie kan ontstaan, bijvoorbeeld door strakke schurende kleding. Ook kan het ontstaan door een verminderde afweer, bijvoorbeeld bij ouderen, mensen met hiv of diabetes.

Schimmels en gisten vormen sporen die later weer opnieuw kunnen uitgroeien. Daarom kunnen schimmelinfecties steeds terugkomen.

Behandeling
Een huidinfectie door een schimmel of gist is meestal goed te behandelen met een crème of zalf met een antischimmel-middel. Artsen schrijven capsules of drank met een antischimmel-middel pas voor als de infectie zeer ernstig is, vaak terugkomt of als een zalf of crème de schimmel niet goed kan bereiken. Zoals in nagels of op de behaarde hoofdhuid.

Werking
Itraconazol werkt tegen schimmels en gisten, waardoor de infectie verdwijnt.
Na inname van de capsule of drank verspreidt het middel zich in het lichaam en hoopt zich uiteindelijk op in nieuwe huidcellen en groeiende nagels. Zo bestrijdt het de schimmelgroei van binnenuit.

Na stoppen met de kuur werkt itraconazol nog lange tijd door, omdat het nog een tijd achterblijft in de huid en nagels.

Effect
U merkt na enkele dagen behandeling dat de jeuk en roodheid minder worden. Het duurt echter een paar weken voor alle schimmel uit de huid verdwenen is.
Het is daarom belangrijk dat u de kuur volledig afmaakt.

Schimmelinfecties voorkomen
Met de volgende maatregelen kunt u voorkomen dat de schimmelinfectie terugkeert.

  • Houd de huid schoon en droog. Dus na het wassen goed afdrogen. Gebruik eventueel talk in lichaamsplooien. Veel wassen met zeep is juist niet gunstig, omdat hierdoor de bescherming van de huid afneemt. Gebruik liever een pH-neutrale zeep of een middel zonder zeep.
  • Draag katoenen ondergoed. Draag wollen of katoenen  kleding en sokken en verwissel sokken dagelijks. Draag geen knellende of schurende kleding.
  • Draag ventilerende schoenen en verwissel deze dagelijks. Dus geen rubberen of plastic schoenen, maar liever sandalen, of linnen of leren schoenen. Gebruik eventueel een schimmeldodend poeder in de schoenen.
  • Voorkom infectie door in openbare gelegenheden (zwembaden, douches, sportzalen) altijd schoenen of slippers te dragen.
Lees meer over schimmelinfecties van de huid . “

Schimmelnagels

Schimmelnagels zijn dikke, geelwitte, brokkelige nagels. Ze worden ook wel kalknagels genoemd..

Behandeling
Een schimmelnagel geeft over het algemeen geen klachten. Een behandeling is daarom meestal niet nodig.
Als u er toch last van heeft, of als de nagel erg opvalt, kan uw arts besluiten iets aan de schimmelnagel te doen.

Meestal is dan een anti-schimmelmedicijn om in te nemen nodig, zoals itraconazol. Een crème of zalf bereikt niet de plaats waarvandaan de nagel groeit. Een medicijn om in te nemen doet dat wel.

Effect
Genezing kan 3 tot 4 maanden duren, soms langer. Dit is mede afhankelijk van hoe snel uw nagel groeit. De hele nagel moet zich namelijk hebben vernieuwd, zodat alle schimmel eruit verdwenen is.

Lees meer over schimmelnagels . “

Voetschimmel

Voetschimmel is een schimmelinfectie van de huid op de voeten, meestal tussen de tenen. Het wordt ook wel zwemmerseczeem genoemd.

Behandeling
Voetschimmel is meestal goed te behandelen met een crème met antischimmelmiddel. Bij ernstige infecties of infecties die steeds terugkeren, kan een medicijn om in te nemen nodig zijn. Bijvoorbeeld itraconazol.
Hoe itraconazol werkt bij een schimmelinfectie kunt u hierboven lezen, bij Schimmel- en gistinfecties van de huid, bij ‘behandeling’.

Lees meer over voetschimmel . “

Pityriasis versicolor

Bij pityriasis versicolor bevinden zich op de huid verkleurde vlekjes. De vlekken zien er donkerder uit op een witte huid, en lichter op een gebruinde huid. Vaak zijn er ook fijne huidschilfers te zien. De aangedane plekken zitten vooral op hals, borst en rug, maar vaak ook op armen en benen en in het gezicht.

Oorzaak
Pityriasis versicolor is een onschuldige huidaandoening die wordt veroorzaakt door een gist. Iedereen heeft deze gist op de huid. Meestal geeft dat geen klachten, maar soms kan de gist de bovenste huidlaag aantasten. Dit verstoort de vorming van pigment, waardoor de kleine verkleurde vlekken op de huid ontstaan.

Behandeling
Pityriasis versicolor is een onschuldig aandoening. Het hoeft niet te worden behandeld. Als u de vlekjes toch wilt behandelen, kunt u een shampoo met seleensulfide of een crème met miconazol of clotrimazol gebruiken.
Als dit onvoldoende werkt, kan een medicijn om in te nemen helpen. Bijvoorbeeld itraconazol.

Uw arts kan itraconazol ook voorschrijven om te voorkomen dat pityriasis versicolor terugkomt.

De schilfers verminderen binnen enkele dagen. De vlekjes zijn pas na 3 tot 4 maanden verdwenen. U moet eerst weer voldoende huidkleurstof (pigment) hebben gemaakt. Zonlicht kan hierbij helpen.

Lees meer over pityriasis versicolor . “

Vaginale schimmelinfectie

Verschijnselen
U merkt een vaginale schimmelinfectie aan jeuk in de vagina en aan de schaamlippen, een witte, brokkelige afscheiding, rood en gezwollen, soms pijnlijk, slijmvlies van de vagina en soms een pijnlijk en branderig gevoel bij het plassen of bij het vrijen. Maar schimmelinfecties hoeven niet altijd klachten te veroorzaken.

Oorzaak
De oorzaak is een infectie met de Candida-gist. Deze gistsoort groeit altijd op onze huid en in de vagina en is daar in evenwicht met de normaal aanwezige bacteriën.
Soms echter kan Candida te veel gaan groeien. Bijvoorbeeld als er te weinig bacteriën komen door wassen met zeep of het gebruik van antibiotica.
Een vochtige warme omgeving bevordert ook de groei van Candida. Bijvoorbeeld door het dragen van synthetisch ondergoed of inlegkruisjes.
Ook kan een toename van vrouwelijk geslachtshormoon, bijvoorbeeld door pilgebruik of tijdens de zwangerschap, de groei van de Candida-gist bevorderen.
Soms is het slijmvlies van de vagina beschadigd waardoor een schimmelinfectie kan ontstaan. Het slijmvlies kan beschadigen door een te droge vagina bij het vrijen, of door het gebruik van tampons.

Behandeling
Behandeling is niet altijd nodig. Een vaginale schimmelinfectie kan ook vanzelf overgaan. Als de klachten blijven, schrijven artsen meestal een behandeling voor met vaginaalcrème,  vaginazetpillen (ovula) of vaginatabletten met een antischimmelmiddel. Eventueel kan de arts itraconazol voorschrijven in capsules die u in moet nemen. Deze werken even goed.

Een Candida-infectie gaat meestal snel over. U merkt na 1 of 2 dagen al dat de verschijnselen als jeuk, afscheiding en roodheid verdwijnen.

Schimmelinfecties voorkomen
Met de volgende maatregelen kunt voorkomen dat de schimmelinfectie terugkeert.

  • Was uw vagina niet met zeep. Spoel met lauw water onder  de douche of gebruik een zeepvrije wasemulsie. Gebruik geen vaginale douche of spoeling, vaginale sprays of deodorants.
  • Draag geen strak synthetisch ondergoed, maar katoenen slips. Gebruik ook geen inlegkruisjes of vervang inlegkruisjes vaak.
  • Gebruik geen tampons als u een schimmelinfectie heeft.
  • Vrij niet als u een pijnlijke vagina heeft, of gebruik een glijmiddel.
Lees meer over vaginale schimmelinfectie . “

Spruw (Candida-infectie in de mond)

Spruw is een infectie in de mond en soms ook in de slokdarm. Het wordt veroorzaakt door de Candida-gist. De Candida is een soort gist die van nature veel in de mond voorkomt. In de mondholte bevinden zich bij elk mens veel verschillende bacteriën en gisten. Een Candida- infectie ontstaat als deze bacteriën en gisten elkaar niet voldoende in evenwicht houden.

Oorzaak
Spruw komt nogal eens voor bij jonge baby’s, maar kan ook bij volwassenen optreden. Bijvoorbeeld bij mensen met een verminderde weerstand, zoals hiv- of aidspatiënten, verzwakte ouderen, mensen met kanker of transplantatiepatiënten.

Ook het gebruik van bepaalde medicijnen, zoals antibiotica en bijnierschorshormonen (corticosteroïden), kan de weerstand tegen een Candida-infectie verminderen.

Verschijnselen
U ziet veel witte vlekjes op de slijmvliezen van tong, de binnenkant van de wangen en het gehemelte. Het geeft verder nauwelijks klachten.

Behandeling
Spruw gaat vaak vanzelf weer over. Een goede mondhygiëne is van belang. Maak een kunstgebit regelmatig schoon, desinfecteer het, en laat het zo nodig weer goed passend maken.

Eventueel schrijft de arts een dikke vloeistof voor met een antischimmelmiddel. Deze werkt rechtstreeks in de mond. Als de infectie vaak terugkomt kan de arts een antischimmelmedicijn voorschrijven dat via het bloed werkt. Bijvoorbeeld itraconazol–capsules of –drank.  De drank werkt ook rechtstreeks op het slijmvlies van mondholte en slokdarm.

Itraconazol kan ook uit voorzorg worden toegepast bij mensen met een verminderde weerstand, zoals hiv- of aidspatiënten, mensen die een transplantatie ondergaan, die cytostatica bij kanker moeten gebruiken of die moeten worden bestraald.

Werking
Itraconazol werkt tegen de Candida-gist, waardoor de infectie verdwijnt.  Het duurt een aantal dagen voor u merkt dat de infectie minder wordt. Het kan een aantal weken duren voor de infectie echt genezen is.

Lees meer over spruw (candida-infectie in de mond) . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Maagdarmklachten, zoals misselijkheid, braken, buikpijn, diarree of verstopping. Zeer zelden winderigheid of zuurbranden. 

    Deze klachten gaan meestal over als u aan het medicijn gewend bent geraakt.

  • Hoofdpijn

  • Duizeligheid

  • Huiduitslag, jeuk of galbulten.

    Dit kan komen door overgevoeligheid voor itraconazol, maar het hoeft niet. Zie Zeer zelden Overgevoeligheid. Raadpleeg daarom bij huiduitslag uw arts.

  • Smaken anders waarnemen

  • Koorts

  • Vocht vasthouden (dikke enkels en voeten), kortademigheid en hoesten.

    Dit kunnen verschijnselen zijn van hartfalen. Raadpleeg uw arts als u hier last van krijgt.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Problemen met zien, zoals wazig zien of dubbel zien.

  • Haaruitval 

    dit herstelt zich na afloop van de kuur

  • Verminderde leverwerking of leverontsteking. Dit kunt u merken aan een gevoelige opgezwollen buik, een gele kleur van huid en oogwit (geelzucht), donkere urine en bleke ontlasting. 

    Dit kunt u ook nog krijgen nadat u gestopt bent met dit medicijn. Waarschuw uw arts als u last krijgt van één van deze verschijnselen.

  • Ontsteking van de alvleesklier

    Waarschuw een arts bij plotselinge hevige pijn in uw bovenbuik.

  • Verschijnselen van diabetes (suikerziekte). U merkt dit aan veel dorst, veel moeten plassen en moeheid.

    Raadpleeg bij deze verschijnselen uw arts.

  • Tintelend of doof gevoel in vooral in handen of voeten

    Waarschuw in dat geval uw arts.

  • Menstruatiesstoornissen

  • Vaak kleine beetjes moeten plassen of urine-incontinentie.

  • Oorsuizen en slechter horen

    Neem contact op met uw arts als u hier last van heeft. Meestal herstelt het gehoor zich als u stopt met dit medicijn.

  • Hartklachten, zoals pijn op de borst of een versnelde hartslag

    Raadpleeg uw arts als u hier veel last van heeft.

  • Hartritmestoornissen. U merkt dit soms alleen aan plotselinge duizelingen of als u even wegraakt.

    Neem bij deze verschijnselen contact op met uw arts.
    Vooral mensen met de aangeboren vorm van de hartritmestoornis verlengd QT-interval hebben hier meer kans op. Gebruik dit medicijn NIET als u deze aangeboren hartritmestoornis heeft.

  • Infecties of bloedingen. U merkt het aan keelpijn, koorts, blaren in de mond, snel blauwe plekken of bloedneuzen of infecties.

    Dit kan komen door te weinig witte bloedcellen of te weinig bloedplaatjes. Waarschuw in deze gevallen direct uw arts

  • Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u onder andere aan huiduitslag, jeuk, galbulten. In zeer zeldzame gevallen ontstaat een zeer ernstige overgevoeligheid met benauwdheid, zwellingen in het gezicht, flauwvallen, zeer veel kleine puistjes op de huid of blaren op de huid en in de mond.

    Dit merkt u onder andere aan huiduitslag, jeuk, galbulten. Raadpleeg dan een arts.
    In zeer zeldzame gevallen ontstaat een zeer ernstige overgevoeligheid met benauwdheid, zwellingen in het gezicht, flauwvallen, zeer veel kleine puistjes op de huid of blaren op de huid en in de mond. Waarschuw dan meteen een arts of ga meteen naar de Eerste-hulpdienst. Blijkt u inderdaad overgevoelig te zijn voor dit medicijn, meld dat dan altijd aan uw apotheker. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit soort medicijn of medicijnen die hier veel op lijken, niet opnieuw krijgt.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik itraconazol gebruiken met andere medicijnen?

Dit middel heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje ‘samenstelling’.

De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

Itraconazol in capsules werkt minder goed in combinatie met de volgende medicijnen:

  • Maagzuurremmers: dat zijn medicijnen van de groepen ‘H2-blokkers‘, zoals cimetidine of famotidine, of ‘protonpompremmers‘, zoals omeprazol, pantoprazol of lansoprazol.
    Itraconazol in capsules heeft een zure maag nodig om in het bloed te kunnen komen.
    Neem de itraconazol-capsules in met een zure koolzuurhoudende frisdrank (dus ‘met prik’), bij voorkeur cola. Door het zuur wordt itraconazol beter opgenomen.
  • Maagzuurbinders: deze medicijnen zijn vaak zonder recept verkrijgbaar. Ze bevatten bijvoorbeeld algeldraat, calciumcarbonaat of magnesiumhydroxide. Itraconazol in capsules heeft een zure maag nodig om in het bloed te kunnen komen.
    Overleg met uw apotheker of arts als u een dergelijk medicijn gebruikt. Misschien kunt u tijdelijk stoppen met de maagzuurbinder.
    Stopt u niet? Neem itraconazol minstens 2 uur voor of 4 uur na de maagzuurbinder.
  • Lanthaancarbonaat (een medicijn tegen teveel fosfaat in het bloed).
    Neem de itraconazol-capsules minstens 2 uur voor of 4 uur na lanthaancarbonaat.

Itraconazol (in capsules, drank en injecties) heeft ook wisselwerkingen met de volgende medicijnen. Het kan zijn dat itraconazol zelf minder goed werkt, of dat het meer bijwerkingen veroorzaakt. Het kan ook zijn dat het andere medicijn extra bijwerkingen kan geven of minder goed werkt.
Overleg vóór gebruik met uw apotheker of arts als u een van onderstaande medicijnen slikt. Meestal mag u de combinatie niet gebruiken.

  • De antistollingsmedicijnen, acenocoumarol en fenprocoumon. Itraconazol kan de werking van acenocoumarol en fenprocoumon versterken. Meld het aan de trombosedienst als u itraconazol gaat gebruiken. Ook als de dosering van itraconazol wijzigt of als u stopt met itraconazol, moet u de trombosedienst hierover inlichten.
  • Gebruikt u apixaban, dabigatran, rivaroxaban of ticagrelor? Meestal mag u de combinatie niet gebruiken.
  • De medicijnen tegen hartklachten of hoge bloeddruk (hart- en vaatmiddelen) aliskiren, amlodipine, barnidipine, digoxine, diltiazem, disopyramide, felodipine, fenytoïne, ivabradine, kinidine, lacidipine, lercanidipine, nicardipine, nifedipine, nimodipine en verapamil.
  • Als u de combinatie mag gebruiken, zal de arts de dosering van het hartvaatmedicijn of van itraconazol aanpassen, uw hart extra controleren of u vragen alert te zijn op bijwerkingen van het hart-vaatmedicijn.
  • De cholesterolverlagers atorvastatine, lomitapide en simvastatine.
  • De rustgevende medicijnen alprazolam en buspiron. Als u alprazolam mag gebruiken, zal uw arts de dosering hiervan aanpassen.
  • De medicijnen tegen psychoses en hallucinaties aripiprazol, lurasidon, pimozide en quetiapine.
  • De medicijnen tegen epilepsie carbamazepine (ook gebruikt bij manische depressiviteit) en fenytoïne (ook gebruikt bij zenuwpijn en hartklachten). Als u de combinatie mag gebruiken, zal uw arts de dosering van itraconazol vaak moeten aanpassen.
  • De erectiemiddelen (medicijnen tegen impotentie) avanafil, sildenafil, tadalafil en vardenafil. Sildenafil en tadalafil worden ook gebruikt bij pulmonale arteriële hypertensie (verhoogde bloeddruk in de longen).Gebruikt u sildenafil en mag u de combinatie gebruiken? Uw arts zal u een lagere dosering sildenafil adviseren.
  • De afweeronderdrukkers ciclosporine, everolimus, sirolimus en tacrolimus. Overleg met de arts die de afweeronderdrukker voorschrijft.
  • Medicijnen tegen tuberculose (tbc): rifabutine en rifampicine. Mag u de combinatie gebruiken? Bij rifabutine moet de arts meestal de doseringen van rifabutine en itraconazol aanpassen en extra controleren op de bijwerkingen van rifabutine. Bij rifampicine zal de arts de dosering van itraconazol aanpassen.
  • Sommige medicijnen tegen hiv en hepatitis C. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat.
  • Sommige medicijnen tegen kanker. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat. De werking en bijwerkingen van deze medicijnen kunnen veranderen. Overleg hierover met uw arts.
  • Budesonide, een medicijn gebruikt bij darmontstekingen budesonide. Als uw itraconazol-kuur korter dan 2 weken duurt, mag u de combinatie meestal wel gebruiken. Vraag uw apotheker op welke bijwerkingen van budesonide u moet letten.
  • Cinacalcet, een medicijn tegen teveel calcium of fosfaat in het bloed. Uw bloed moet extra gecontroleerd.
  • Colchicine, een medicijn tegen jicht.
  • De medicijnen tegen cystische fibrose ivacaftor en lumacaftor. Uw arts zal u extra controleren. Soms past de arts de dosering aan van ivacaftor en lumacaftor.
  • Darifenacine een medicijn tegen urine-incontinentie. Neem contact op met uw arts als de bijwerkingen door darifenacine toenemen.
  • Ergotamine, een medicijn tegen migraine.
  • Fluticason in een inhalator, neusspray of neusdruppels. Als uw itraconazol-kuur korter dan 2 weken duurt, mag u de combinatie meestal wel gebruiken. Vraag uw apotheker op welke bijwerkingen van fluticason u moet letten.
  • Guanfacine, een medicijn tegen ADHD.
  • Midazolam, een slaapmiddel. Als u midazolam mag gebruiken, zal uw arts de dosering hiervan aanpassen.
  • de medicijnen tegen reuma of andere chronische ontstekingen tofacitinib en upadacitinib.
  • Tolvaptan, een medicijn gebruikt bij nierziekten.

Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

autorijden, alcohol drinken of alles eten?
Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
U kunt dit medicijn veilig gebruiken tijdens de zwangerschap. Er is redelijk veel ervaring met het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap. En er zijn geen aanwijzingen dat dit medicijn slecht is voor de zwangerschap of voor de baby.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Dit medicijn komt in een kleine hoeveelheid in de moedermelk. Het is niet bekend of dit slecht voor de baby is. Misschien kan uw arts u een ander medicijn voorschrijven. Een medicijn waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken.

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek.

Hoe?

  • Capsules: slik de capsules door met een half glas water. Heeft u moeite met slikken, dan kunt u de capsules openen en de inhoud vermengen met een lepel yoghurt, appelmoes of vla.
  • Drank: meet de juiste hoeveelheid drank af in een maatbekertje.
    Bij infecties van mond en slokdarm of om dergelijke infecties te voorkomen: houd de drank ongeveer 20 seconden in de mond voordat u doorslikt. Spoel uw mond daarna niet uit. Eet of drink hierna een uur lang niets. Hierdoor kan het medicijn goed contact maken met het geïnfecteerde slijmvlies.
    Bij andere infecties, zoals huidinfecties: u hoeft de drank niet enige tijd in de mond te houden.

Wanneer?

  • Capsules: neem deze tijdens of vlak na het eten in. Voedsel zorgt dat het beter in het lichaam wordt opgenomen. Let op, dit is anders dan bij de drank: die moet u juist op een lege maag innemen.
  • Drank: neem de drank in op een lege maag. Dat is 2 tot 3 uur nadat u heeft gegeten. Eet na inname 1 uur lang niet. Het medicijn wordt dan beter in het lichaam opgenomen.

Vaginale Candida-infectie
Om een infectie te voorkomen: meestal is dit een behandeling van 1 dag. U moet het medicijn meestal slikken op de 5e of 6e dag van uw menstruatie, of als uw bloeding bijna over is.

Pityriasis versicolor
Voorkomen dat pityriasis versicolor terugkomt: u neemt dit medicijn 1 keer in de maand in. Kies hiervoor een vaste dag, dan vergeet u minder snel het medicijn te slikken.

Hoe lang?
Voor een goed resultaat moet u de hele kuur afmaken. Ook al zijn de klachten van de infectie al vóór afloop van de kuur verdwenen; dit betekent niet dat alle schimmels of gisten verdwenen zijn.
Hoe lang de kuur precies duurt, hangt af van de plaats en de ernst van de infectie.

  • Voetschimmel of schimmelinfectie van de handen: de kuur duurt meestal 4 weken.
  • Andere schimmelinfecties van de huid: de kuur duurt meestal 2 weken.
  • Schimmelnagels: de kuur duurt meestal 3 maanden. Dit hangt onder andere af van de groeisnelheid van de nagel. Vaak schrijft de arts een speciaal kuurschema voor: 1 week gebruiken, daarna 3 weken niet, weer 1 week gebruiken en 3 weken niet en daarna nogmaals 1 week gebruiken.
  • Schimmelinfecties van organen: de behandeling kan variëren van enkele weken tot een aantal maanden.
  • Pityriasis versicolor: meestal een kuur van 1 week.
  • Voorkomen dat pityriasis versicolor terugkomt: de kuur duurt 6 maanden.
  • Spruw: de kuur duurt meestal 2 weken.
  • Vaginale candida-infectie: de kuur met een hoge dosis duurt 1 dag en met een lage dosis 3 dagen.
Terug naar overzicht